Opruimen

Tip: Opruimen
Het opruimen van speelgoed kan soms leiden tot conflicten tussen ouders en kinderen. Zorg er daarom voor dat er niet meer speelgoed ligt waar je kind bij kan dan jij als ouder aan kan om dagelijks op te ruimen. Zet speelgoed waar je kind al een hele poos niet meer naar omkijkt een tijdje weg en biedt het een paar weken later weer eens aan. Zorg zelf door de dag heen voor het ordenen van het spelmateriaal. Door het af en toe weer “leuk” neer te zetten gaat je kind er vaak ook weer “leuk” mee spelen en op deze manier wordt het niet te snel een chaos. Van je kind hoef je pas te verwachten dat hij/zij meehelpt met opruimen, als hij/zij een jaar of drie is; voor die tijd is het speelgoed in een mand stoppen en er weer uitgooien nog een spel. Aan opruimen als taak/plicht is een kind pas toe als het ongeveer de schoolleeftijd bereikt. Je kunt natuurlijk wel zelf beginnen met opruimen en vaak wil je peuter je dan graag helpen en op deze manier wordt het opruimen een gezamenlijke activiteit die voldoening en plezier schenkt. Als kinderen voor de schoolleeftijd niet na elk speelmoment worden gedwongen om het speelgoed op te ruimen, zullen zij later makkelijker bereid zijn om dit zelf te doen.

Tips bij opruimen in het kort:
• Zorg voor niet te veel speelgoed
• Zet soms iets weg of introduceer iets weer als “nieuw”
• Herschik/orden het speelgoed door de dag heen
• Verwacht niet te veel van je kind
• Begin zelf met opruimen en reageer enthousiast als je kind helpt

10 Basis eet-tips

Tip: 10 Basis eet-tips
10 Tips die kunnen helpen tijdens de welbekende “lust ik niet” fase.

1. Betrek je kind bij het gehele proces. Doe samen boodschappen en vertel alvast wat jullie nodig hebben voor ingrediënten voor in het gerecht.
2. Laat je kind helpen in de keuken bij het klaarmaken van het eten of laat je kind bijvoorbeeld helpen met de tafel dekken.
3. Kleed het eten leuk aan. Wees hierin creatief! Maak het bord leuk op door een leuke vorm te gebruiken of door mooi bestek te gebruiken of zing een leuk liedje wat bij het eten past.
4. Houdt de sfeer ontspannen aan tafel. Ga niet in op negatieve uitlatingen van je kind over het eten, maar geef zelf het goede voorbeeld en ga rustig door met eten.
5. Schep kleine porties op. Op deze manier hoeft je kind niet tegen een berg eten op te kijken. Het kan je kind ook een positief gevoel geven als het wel een keer lukt zijn bord leeg te eten. Je kunt daarna altijd nog een portie opscheppen.
6. Proeven! Laat je kind altijd zo veel mogelijk verschillende producten proeven (ook al is het maar een hapje). Ken ik niet, dus lust ik niet is onzin! Eten is ook een kwestie van oefenen en experimenteren met verschillende smaken.
7. Wees consequent! Maar blijf altijd als het om eten gaat rustig en duidelijk. Je wil geen ruzie en strijd aan tafel over eten. Herhaal de regels die jullie hebben aan tafel bijvoorbeeld: altijd een hapje proberen. En als je kind het eten weigert te eten geef dan geen boterham of toch alvast een toetje! Probeer ook geen tussendoortjes te geven voor het avond eten en ook geen eten in de nacht of een fles als ze honger hebben gekregen. Op deze manier houd je slechte eetgewoontes in stand, omdat je kind erop rekent dat het toch nog wel wat anders krijgt. Je zorgt er als ouder altijd voor dat je kind gezond is en genoeg eet, dus wees niet bang dat je kind een keer honger heeft omdat het weigerde zijn avond eten te eten!
8. Eten doen we aan tafel. Wil je kind van tafel, dan is dat goed maar dan is het eetmoment voorbij.
9. Dwing kinderen nooit meer te eten dan ze kunnen. Vol is vol! Eten moet iets leuks en positiefs zijn. Weigeren ze helemaal om te eten, laat dit dan gebeuren en schenk er niet te veel aandacht aan en geef geen alternatief wat ze wel lusten. Maar stop nooit tegen hun wil iets in hun mond onder dwang! Dit is emotioneel heel schadelijk en doet hun relatie met eten niet goed.
10. Eten is opvoeding! Dus geef altijd zelf het goede voorbeeld, laat je kind zien dat jij erg kan genieten van gezond eten en vertel hoe het smaakt. Laat ook zien dat je moeite hebt gedaan om het eten klaar te maken.

Tip 12 De ik-boodschap

De ik-boodschap 

Bij Evy proberen wij zoveel mogelijk met respect te communiceren met kinderen hiervoor maken wij onder andere veel gebruik van de ik-boodschap uit de communicatiemethode van Gordon (boek: Luisteren naar kinderen – Dr. Thomas Gordon). 

De ik-boodschap is er om een ander duidelijk te maken wat jouw gevoelens en behoeftes zijn. Het is vooral belangrijk om eerlijk te zijn over je gevoelens en gedachten. Niets is onduidelijker voor een kind dan dat je als ouder/verzorger non-verbaal uitstraalt dat je ergens van baalt maar dit niet zegt. Gordon noemt dit ook wel schijnacceptatie. Als je houding daarentegen overeenkomt met wat je zegt, ben je open en eerlijk en begrijpt het kind wat je bedoelt.

Bij het formuleren van een ik-boodschap houd je rekening met drie dingen: 

1.Het gedrag van het kind benoemen.

2.Het gevoel dat jou dit geeft benoemen.

3. De gevolgen van het gedrag van het kind benoemen. 

Situatie: Een moeder wordt geschopt door haar kind: 

Voorbeeld Ik-boodschap: “Au, stop! dat deed echt pijn- ik houd er niet van geschopt te worden.”

Voorbeeld jij-boodschap: “wat ben jij een stoute meid, je mag niet zo gemeen schoppen.” 

4 redenen waarom je de ik-boodschap effectiever is dan een jij-boodschap:

  • Het roept minder weerstand op.
  • Het tast het gevoel van eigenwaarde van het kind niet aan.
  • De relatie tussen ouder/verzorger en kind blijft in stand. 
  • De verantwoordelijkheid ligt bij het kind, waardoor het kind creativiteit en intelligentie kan ontwikkelen.